Zwolle, 11 april 2000
De provincie Overijssel is ontevreden met het pakket aan maatregelen voor bestaand spoor dat de ministers Netelenbos en Pronk willen uitvoeren: buitengewoon mager. Deze maatregelen houden verband met het afblazen van de Noordelijke aftakking van de Betuwelijn. Overijssel is onder andere niet tevreden over het aantal onderdoorgangen dat de minister voorstelt en de financiering daarvan (geen 100%, maar circa 60%). Ook zet de provincie vraagtekens bij de beperkte omvang van de geluidsmaatregelen die de minister wil realiseren. De provincie Overijssel en de betrokken gemeenten hebben de Tweede Kamercommissie uitgenodigd de problemen in Overijssel te komen bekijken en daarna met de minister in discussie te gaan. De Tweede Kamer heeft immers in oktober 1999 de minister gevraagd te zorgen voor voldoende milieumaatregelen voor de bewoners langs het bestaande spoor. Zij mogen geen extra overlast ondervinden.
In de eerste voorlopige reactie op het nieuws vanuit Den Haag vindt de provincie dat de toezeggingen van de minister buitengewoon mager zijn. Samen met Gelderland wil Overijssel zich nader beraden op de brief van de minister van 11 april 2000. In de brief van 7 maart 2000 hebben de provincie Overijssel, de Regio Twente en de betrokken gemeenten (Deventer, Bathmen, Holten, Rijssen, Wierden, Almelo, Borne, Hengelo, Weerselo, Oldenzaal, Losser) de randvoorwaarden aangegeven waar het vervoer over bestaand spoor aan moet voldoen. Minister Netelenbos is slechts voor een klein deel tegemoet gekomen aan de voorwaarden.
Bron: Nieuwsbank
| ...home | volgende... |