Publicaties Staatsblad 1e halfjaar 2000

door onze redactie

Op de website van de Overheid kunt u de publicaties uit het staatsblad lezen. In het eerste halfjaar van 2000 is het volgende gepubliceerd:

U kunt de complete tekst van de publicaties in PDF formaat downloaden vanaf de site van de Overheid. Daarvoor heeft u Acrobat Reader nodig. Klik bij de site van de overheid eerst op "Officiële publicaties", daarna op "Starten". Zet een vink in het vakje "Staatsblad". Typ bij "zoeken" een aantal woorden uit de titel in, klik op "Zoek". Dan komt het artikel dat u zoekt tevoorschijn en kunt u het downloaden.

Besluit opslag- en transportbedrijven milieubeheer

6-7-2000, Staatsblad 2000, 278

Twee artikelen over geluid uit dit besluit zijn hieronder te lezen. Volgens de toelichting gelden de normen uit het besluit niet voor vervoersbewegingen ("indirecte hinder"). Voor trillingen wordt in het besluit verwezen naar de SBR richtlijn, maar er wordt een mogelijkheid geschapen om hiervan af te wijken.

Paragraaf 1.1 Geluid en trilling

1.1.1 Voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr, LT) en het piekniveau (LAmax), veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige installaties en toestellen, alsmede door de in de inrichting verrichte werkzaamheden en activiteiten, geldt dat:

a. de niveaus op de in de tabel genoemde plaatsen en tijdstippen niet meer bedragen dan de in die tabel aangegeven waarden,

Tabel I

 07:00–19:00 uur 19:00–23:00 uur 23:00–07:00 uur
LAr, LT op de gevel van woningen 50 dB(A) 45 dB(A) 40 dB(A)
LAr, LT in in- of aanpandige woning 35 dB(A) 30 dB(A) 25 dB(A)
LAmax op de gevel van woningen 70 dB(A) 65 dB(A) 60 dB(A)
LAmax in in- of aanpandige woning 55 dB(A) 50 dB(A) 45 dB(A)

b. de in de periode tussen 07.00 uur en 19.00 uur ingevolge de tabel geldende piekniveaus (LAmax) niet van toepassing zijn op het laden en lossen,

c. de in de tabel aangegeven waarden binnen in- of aanpandige woningen niet gelden voorzover de gebruiker van een woning geen toestemming geeft voor het in redelijkheid uitvoeren of doen uitvoeren van geluidmetingen, en

d. de in de tabel aangegeven waarden voor woningen ook gelden voor andere geluidgevoelige bestemmingen.

Paragraaf 4.1 Geluid en trilling

4.1.1 In gevallen waarin de opgenomen waarden voor de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus (LAr, LT) en piekniveaus (LAmax), bedoeld in de voorschriften 1.1.1 en 1.1.3, naar het oordeel van het bevoegd gezag te hoog of te laag zijn, kan het bevoegd gezag voor een inrichting bij nadere eis waarden vaststellen die lager of hoger zijn dan de opgenomen waarden, bedoeld in de voorschriften 1.1.1 en 1.1.3. Voor inrichtingen die voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit zijn opgericht, mag de etmaalwaarde niet lager zijn dan 40 dB(A).

4.1.2 Het bevoegd gezag kan slechts hogere waarden vaststellen als bedoeld in voorschrift 4.1.1, indien binnen woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen die zijn gelegen binnen de akoestische invloedssfeer van de inrichting, een etmaalwaarde van 35 dB(A) wordt gewaarborgd. De in de eerste volzin bedoelde etmaalwaarde geldt niet indien de gebruiker van deze woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen geen toestemming geeft voor het in redelijkheid uitvoeren of doen uitvoeren van geluidmetingen.

4.1.3 Indien binnen een afstand van 50 m van de inrichting geen woningen of andere geluidgevoelige bestemmingen zijn gelegen, kan het bevoegd gezag bij nadere eis vaststellen op welke plaats de in voorschrift 1.1.1, 1.1.3 of 4.1.1 opgenomen waarden voor een inrichting gelden.

4.1.4 Het bevoegd gezag kan een nadere eis stellen met betrekking tot de voorzieningen die binnen de inrichting moeten worden aangebracht en gedragsregels die in acht moeten worden genomen, teneinde te bereiken dat aan paragraaf 1.1 en de voorschriften 4.1.1 of 4.1.3 wordt voldaan.

Besluit inrichting voor motorvoertuigen milieubeheer

9-6-2000, Staatsblad 2000, 262

Dit besluit lijkt kwa geluidnormering zeer sterk op het besluit hierboven.

Speelautomatenbesluit 2000

30-5-2000, Staatsblad 2000, 223

Zelfs bij speelautomaten speelt geluid een rol. Een voorstel om het geluid van vallende munten te beperken heeft het echter niet gehaald, zo blijkt uit de toelichting:

Het toenmalige kabinet heeft de voorstellen van de commissie voor nieuwe normen (op één uitzondering na) overgenomen. De uitzondering betreft het niet overnemen van aanbeveling 11 van de commissie die betrekking heeft op de limitering van het geluid bij uitbetaling door een kansspelautomaat. Deze aanbeveling is erop gericht het wervende karakter van kansspelautomaten te beperken, voorzover dit wordt veroorzaakt door het verlokkende effect van vallend geld. De commissie stelt daartoe voor te verplichten dat kansspelautomaten met een metalen uitbetalingsbak daarin een geluiddempende mat aanwezig hebben van minimaal 5 millimeter dikte. Deze eis zou niet behoeven te gelden voor kansspelautomaten die staan opgesteld in de speelautomatenhallen. Inmiddels is echter gebleken dat het meeste geluid niet wordt geproduceerd door vallende munten, maar door het uitbetalingsmechanisme. Dat maakt gebruik van een elektromagnetisch geregelde schuif die de munten er uit «tikt». Het geluid dat door de vallende munten zelf wordt veroorzaakt is beperkt. Verispect B.V. heeft hiervoor de benodigde metingen verricht en het verschil in geluid met en zonder geluiddempende mat bleek zeer klein, evenals overigens het verschil in geluid van vallende munten in een metalen opvangbak en een plastic opvangbak. Gelet op het in de praktijk toch beperkte effect van deze door de commissie voorgestelde maatregel is bij nader inzien besloten de invoering daarvan achterwege te laten. Uiteindelijk is middels de tweede nota van wijziging inzake het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op de kansspelen (kamerstukken II 1997/98, 25 727, nr. 12) in artikel 30n alsnog de mogelijkheid ingevoegd regels te stellen ten aanzien van het geluid van een kansspelautomaat. Dit omdat het zinvol bleek om de mogelijkheid op te nemen tot het in de toekomst stellen van regels ten aanzien van het geluid dat een kansspelautomaat produceert als hij niet bespeeld wordt. Het betreft bijvoorbeeld kansspelautomaten die «praten» teneinde bezoekers over te halen om te spelen.

Wijziging Arbeidsomstandighedenbesluit 

25-5-2000, Staatsblad 2000, 211

De grens waarboven het gebruik van gehoorbeschermingsmiddelen verplicht is wordt verlaagd van 90 naar 85 dB(A).

Wijziging Subsidiebesluit openbare lichamen milieubeheer, Saneringsbesluit geluidhinder wegverkeer, en nog 2 besluiten

23-5-2000, Staatsblad 2000, 207

Het lijkt erop dat de wijzingen alleen van technische aard zijn. Ook is de bijlage met normbedragen gewijzigd.

Wijziging bijlage, bedoeld in art. 2, eerste lid, Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften

18-1-2000, Staatsblad 2000, 10

Volgens de toelichting mag voortaan ook met een snorfiets geen onnodige geluidsoverlast veroorzaakt worden!

home...