Muziekspectra deel 1: De verdeling van geluid Lennard Duijvestijn, 29 april 2014 Afgelopen maand liepen tientallen fans van de band UB40 weg tijdens een concert vanwege het te harde geluid. Bezoekers klaagden over misselijkheid, hartritmestoornissen en naar verluid zelfs over bloedende oren. De organisatie zei achteraf dat ze ‘volgens de richtlijnen’ niet boven de 107 dB(A) gespeeld hadden. Waarom dan toch die extreme klachten? Het antwoord zit verscholen in de simplificering van geluid door het in één getal uit te drukken. De 107 dB(A) zegt iets over het totale geluidniveau, maar niet over hoe dat geluid is opgebouwd. Hoeveel lage, midden en hoge tonen er in die 107 zitten weten we niet. Een geluidniveau van 107 dB(A) in de 500 Hz zal voor menigeen vrij irritant klinken, maar misselijk zal je er niet van worden. Maar als die zelfde 107 dB(A) wordt geproduceerd in bijvoorbeeld de 31 of 63 Hz (bassen in muziek) dan zou je hart best eens een paar keer over kunnen slaan. De verdeling van geluid, hoe dat ene getal is opgebouwd uit verschillende frequenties noemen we het spectrum. Bij het bewuste concert van UB40 zullen de lage bassen vermoedelijk oververtegenwoordigd geweest zijn. Wat overigens wel vaker het geval is bij muziek met reggae–invloeden. Maar hoe kunnen de bassen zoveel harder zijn als bij dit concert het geluidniveau niet harder was dan bij andere concerten? Hiervoor moeten we kijken naar het A-tje achter de dB. Dit A-tje geeft aan dat het een A-gewogen geluidniveau betreft, waarbij per frequentie een correctie is toegepast. De achterliggende gedachte is dat het menselijk oor minder gevoelig is voor lage tonen dan voor midden en hoge. Een lineair (ongewogen) geluidniveau van 50 dB in de 63 Hz, ervaren wij als circa 24 dB. Bij deze frequentie is de correctiefactor in de A-weging dan ook 26 dB. Bij de 1 KHz functioneren onze oren uitstekend en is er eigenlijk geen ‘verlies’ van informatie en wordt er niet gecorrigeerd.
Onderstaande figuren laten de verdeling van het geluid zien over verschillende frequenties, links met een spectrum van ‘popmuziek’ en rechts met een spectrum van ‘housemuziek’. In beide gevallen is het totale geluidniveau 107 dB(A). Bij het housespectrum worden in de 63 Hz echter 14 dB(A) meer bastonen geproduceerd. Het zal duidelijk zijn bij welk spectrum de bezoekers, maar ook de omgeving meer hinder zal ervaren. De vraag is dus: 107 dB(A) wat? Koeien? Schapen? Jazzmuziek? Dance? Klassiek? Reggae? Deze vraag wordt in menig akoestisch onderzoek niet correct behandeld (eerlijk is eerlijk, ook in onze eigen adviespraktijk is dit onderbelicht), laat staan dat een ondernemer of een handhaver hier een gepast antwoord op heeft. Om het nog ingewikkelder te maken is namelijk niet alleen het muziekgenre, maar met name de geluidinstallatie maatgevend voor het geproduceerde spectrum. Met het voorbeeld van een actueel nieuwsbericht geven we een inleiding in het thema muziekspectra, waar wij de komende maanden meer over zullen publiceren. De twee ‘standaardspectra’ voor popmuziek en housemuziek waarmee nog dagelijks in akoestische onderzoeken wordt gerekend, sluiten niet aan bij de praktijksituaties binnen horecabedrijven. Het wordt tijd voor een verdere uitbreiding en vernieuwing van de standaardspectra én voor goede richtlijnen en hulpmiddelen om er mee om te gaan. | ||||||||||||||||
footer |