Meer hinder met Lden berekeningen uitbreiding Eindhoven Airport

Gemeente Den Haag, 3 juli 2014

De ministeries van Defensie en van Infrastructuur en Milieu hebben voor de militaire luchthaven Eindhoven een ontwerp luchthavenbesluit opgesteld. Het besluit legt het gebruik van de luchthaven voor militair en burgerluchtverkeer vast en ook de beperkingen aan het grondgebruik in de omgeving van de luchthaven. Met dit besluit wordt een gefaseerde ontwikkeling van de commerciële burgerluchtvaart op de luchthaven Eindhoven mogelijk gemaakt.

Ke-berekeningen in het MER

Voor het in beeld brengen van de ontwikkeling in de hinder als gevolg van de realisatie van het voornemen, is in het MER de wettelijk voorgeschreven maat voor het berekenen van de geluidbelasting gehanteerd, de Ke. De Ke-berekeningen laten zien dat voor het militaire gebruik de hinder in de toekomst significant kleiner wordt en dat de hinder van militair en burgerverkeer tezamen kleiner wordt bij realisatie van tranche 1 en licht toeneemt bij tranche 2. Voor de Commissie MER was onduidelijk wat de sterke afname van de hinder door het militaire verkeer veroorzaakte. Die onduidelijkheid was het gevolg van het feit dat ze geen inzicht had in de samenstelling van het militaire verkeer.

In haar voorlopige toetsingsadvies ging de Commissie uitvoerig in op de nadelen van de gehanteerde geluidmaat en deed ze de aanbeveling om berekeningen uit te voeren die de hinder voor omwonenden beter weergeven. Dat kon óf door de Ke-berekeningen te combineren met actuele hinder curves óf door Lden-berekeningen uit te voeren. De Commissie was van mening dat vanwege het ontbreken van een reële inschatting van de geluidhinder voor de referentiesituatie en het voornemen een onvolledig en onjuist beeld ontstond van de te verwachten ontwikkeling van het aantal gehinderden.

Lden berekeningen in de aanvulling op het MER

De aanvulling op het MER laat zien dat bij berekeningen op basis van Lden:

  • de ernstige hinder (en slaapverstoring) beduidend hoger is (zijn) dan bij berekeningen op basis van Ke;
  • het geluidbelaste oppervlak voor alleen het civiele luchtverkeer bij realisatie van het voornemen met meer dan 100% toeneemt en het aantal ernstig gehinderden met onge- veer 30%;
  • de vorm van de contouren afwijkt van die van de Ke-contouren. Dat geldt zowel voor het militaire als voor het civiele verkeer en bijgevolg ook voor de combinatie.

De Commissie constateert dat een schatting van de te verwachten ontwikkeling van de hinder op basis van de geluidmaat Ke een ander beeld laat zien dan een schatting op basis van Lden. Dat roept de vraag op in hoeverre bij de routekeuze, die is gebaseerd op het minimaliseren van het totale aantal gehinderden binnen de 20 Ke-zone, de meest geschikte informatie is gebruikt. De Commissie meent dat hierover meer duidelijkheid geboden moet worden dan de aanvulling nu doet.

Bron: Commissie MER (PDF)