Actieplan Sneller en Beter

Ministerie van Verkeer en Waterstaat, 2 oktober 2008

Een halvering van het besluitvormingsproces rond infrastructuur is het streven voor 2010. Om dit te bereiken presenteren de ministers Eurlings (Verkeer en Waterstaat) en Cramer (VROM) het Actieplan Sneller en Beter. Dit actieplan is een routekaart met 22 stappen op weg naar een structurele verbetering van wetgeving, inspraak en ambtelijke en bestuurlijke processen.

De routekaart loopt deels parallel aan de korte termijn doelstelling van minister Eurlings om over 30 wegprojecten een besluit te nemen, een spade in de grond te steken en een deel ervan op te leveren.

Het actieplan geeft invulling aan de lange termijn aanbevelingen van de Commissie Elverding. De routekaart kent vijf hoofdlijnen:

  1. Het traject van besluitvorming wordt afgebakend met nieuwe elementen zoals een startbesluit, voorkeursbesluit en opleveringstoets en kan worden gecombineerd met deadlines.
  2. Participatie van betrokken zal vroegtijdig plaatsvinden in het besluitvormingsproces. Hierdoor is de kans op vertraging door nieuwe zienswijzen in een later stadium verkleind.
  3. De bestuurlijke en ambtelijke voorbereiding wordt verbeterd. De ervaringen uit het programma Randstad Urgent worden hierbij toegepast.
  4. Lucht- en geluidseffecten worden doelmatiger berekend waarbij gebruik gemaakt wordt van vuistregels en meer stabiele onderzoeksgegevens. Zo kan er in elke fase van het besluitvormingsproces met gelijke gegevens gewerkt worden.
  5. Er komt een flexibel budgettair kader voor een project. Daarbij wordt voorzien dat ook achteraf in de omgeving de geluid- en luchtkwaliteit op peil kunnen worden gehouden.

Om de besluitvorming rond infrastructuur vlot te trekken heeft het kabinet de Commissie Elverding in september 2007 ingesteld. Deze Commissie publiceerde op 21 april 2008 haar rapport. Naar aanleiding hiervan heeft het kabinet op 4 juli 2008 een wetsvoorstel gepresenteerd dat het mogelijk maakt dat bij kleine onvolkomenheden in besluiten deze nog binnen het besluit kunnen worden gerepareerd (bestuurlijke lus). Daarnaast is de korte termijn aanbeveling spoedaanpak wegen gepresenteerd op 19 september 2008. Deze bevat 30 wegprojecten die nog in deze kabinetsperiode zullen worden gestart. Een deel van deze wegprojecten zal ook binnen deze kabinetsperiode worden afgerond.

Acties

In de routekaart staan de volgende acties voor "geluid"

Opleveringstoets. Bij de opleveringstoets wordt na oplevering nagegaan of de vooraf berekende milieueffecten kloppen met de werkelijkheid. Op basis daarvan kan worden overgegaan tot de inzet van extra maatregelen of het beëindigen van reeds genomen maatregelen. Vanaf het moment van inwer-kingtreding van het NSL zal een projectgewijze toetsing opgaan in het lan-delijke monitoringsysteem luchtkwaliteit. Zowel de effectbepaling als de inzet van eventuele maatregelen verloopt dan niet meer per project, maar op programmaniveau. Mutatis mutandis geldt hetzelfde voor geluid na invoe-ring van de geluidproductieplafonds. Zowel voor lucht als geluid geldt dat de beoogde systematiek overeen lijkt te komen met de gedachte achter de opleveringstoets. In dit licht beziet het kabinet in hoeverre de aanbeveling inzake de oplevertoets bestuurlijk kan worden vormgeven.

Terugbrengen van de onderzoekslast tot zinvolle proporties. Daaraan wordt in sterke mate bijgedragen door drie ingrepen:

  1. door de introductie van het voorkeursbesluit na de verkenning hoeft in de planuitwerkingsfase nog maar één alternatief te worden onderzocht
  2. langere houdbaarheid van onderzoeken, onder meer zoals nu wordt voorge-steld in het wetsvoorstel ‘Versnelling besluitvorming wegprojecten’
  3. zinvolle effectbepaling, rekening houdend met onzekerheden in voorspellin-gen.

Specifiek voor de aspecten lucht en geluid dragen de aanstaande systeemver-anderingen (NSL respectievelijk de invoering van geluidproductieplafonds in de Wet milieubeheer voor rijkswegen en landelijke spoorwegen) ook sterk bij aan het beperken van de onderzoekslast.

Eenvoudiger rekenen In het rapport “Zinvol effecten bepalen” zal voor infrastructuurprojecten worden aangegeven hoe de effectbepaling er uit ziet in de verkenningsfase, de 19 planstudiefase en in de realisatie- en de beheersfase. Per fase zal worden aangegeven:

  • wat het doel is van de effectbepaling;
  • welke invoergegevens nodig zijn en hoe deze worden verkregen
  • hoe het onderzoeksgebied wordt afgebakend
  • welke methode van effectbepaling wordt gebruikt (model, extrapolatie, expert judgement, aantal rekenpunten, aantal situaties etc.)
  • hoe wordt omgegaan met bandbreedtes en onzekerheden
  • hoe de inzet van eventuele maatregelen wordt bepaald
  • waar aan wordt getoetst
  • en tenslotte wat de houdbaarheid van de gegevens is.

Het eindresultaat van deze actie wordt gevormd door een rapportage “Vereenvoudiging methoden voor de bepaling van effecten bij infrastructuurprojecten". De deelrapportage Lucht is gereed in oktober 2008. De afzonderlijke deelrap-portages Geluid, Natuur en Verkeer zijn gereed in maart 2009.

Implementatie zinvolle effectbepaling De implementatie van de vereenvoudigde effectbepalingsmethoden op het gebied van Lucht, Geluid, Natuur en Verkeer bij infrastructuurprojecten zal naar verwachting onder andere bestaan uit het aanpassen van bestaande ministeriële regelingen van VROM waarin de effectbepalingsmethoden zijn geregeld. Een voorstel daartoe zal medio 2009 aan de Kamer worden voorgelegd. In dit voorstel wordt tevens de noodzaak voor een eventuele uitbreiding van het onderzoek naar vereenvoudigde effectbepalingsmethoden op andere gebieden, zoals bijvoorbeeld externe veiligheid, afgewogen.

Bron:Ministerie van Verkeer en Waterstaat; lees hier het advies van de routekaart.

home...