Nieuwe fase in onderzoek geluidshinder luchtvaart

Publicatie Platform Nederlandse Luchtvaart, 3 juli 2008

Regelmatig hebben we in eerdere nieuwsbrieven bericht over de door het PNL ingestelde leerstoel 'Toegepaste Psychologie van Geluidhinder' aan de Universiteit Leiden. Met de komst van een derde promovendus in de persoon van Anne Bolders en een uitbreiding van de Europese samenwerking gaat dit onderzoek nu een nieuwe fase in.

Al sinds 2001 onderzoeken hoogleraar Pieter Jan Stallen en zijn medewerkers waarom onder dezelfde omstandigheden sommige mensen wel, en andere mensen geen geluidsoverlast ervaren. Daarnaast zoeken zij oplossingen voor de vraag hoe politici verstandig beleid kunnen maken voor onrechtvaardige verdelingen van geluid, zoals deze bijvoorbeeld rondom luchthavens kunnen voorkomen.

Het uitgangspunt van alle studies binnen de leerstoel is dat geluidhinder niet hetzelfde is als geluidsbelasting. De hoeveelheid hinder die mensen ervaren is namelijk niet alleen een gevolg van de hoeveelheid geluid. Uit eerder onderzoek binnen de leerstoel is gebleken dat niet-akoestische factoren minstens zo belangrijk zijn, zoals de mate van vertrouwen in de veroorzaker van het geluid, de voorspelbaarheid en de mate van zeggenschap over de geluidsbelasting.

Tussen de oren?
Het is de vraag of iedereen (vliegtuig-)geluid eigenlijk wel op dezelfde manier waarneemt. Er zijn recente wetenschappelijke aanwijzingen dat zogenoemde affectieve factoren, d.w.z. de positieve of negatieve gevoelens die iemand heeft ten opzichte van een specifiek geluid, invloed hebben op hoe de hersenen op dat geluid reageren. Het is daarom niet ondenkbaar dat iemand die een hekel heeft aan vliegtuigen het geluid ervan vervolgens ook als luider ervaart.

Er is nog maar weinig bekend over hoe dit mechanisme precies in elkaar steekt. Welke delen van de hersenen spelen hierbij een rol? Zijn er op dit gebied verschillen tussen mensen die wel geluidshinder van vliegtuigen ervaren en mensen die hier geen hinder van ondervinden? Psychologe Anne Bolders gaat zich in haar promotieonderzoek de komende jaren met dit soort vragen bezighouden. Zij zal daarbij onder andere gebruik maken van medische technieken om hersenactiviteit te meten, zoals EEG (electro-encephalografie) en fMRI (functional magnetic resonance imaging).

Internationaal onderzoek
Dit onderzoek vindt plaats binnen het project Sound-In-Context (SIC). Dit is een nieuw samenwerkingsverband, onder leiding van Stallen, tussen wetenschappers uit Frankrijk, Finland, Duitsland en Nederland. Deze voeren allen onderzoek uit op het gebied van de menselijke waarneming van geluid. Dit varieert van de invloed van kleuren op de waarneming van verkeersgeluid tot het met behulp van de computer nabootsen van het menselijke vermogen om specifieke geluiden te herkennen.

Het samenwerkingsverband is bijzonder vanwege de combinatie van fundamenteel wetenschappelijk onderzoek naar menselijke waarneming en de praktische toepasbaarheid van de uitkomsten, bijvoorbeeld op het gebied van hinderbeperking voor omwonenden van luchthavens. De onderzoekers zullen enkele malen per jaar bijeen komen om hun resultaten onderling te bespreken, ervaringen uit te wisselen en waar mogelijk van elkaar te leren. Zodra hier meer nieuws over te melden is zullen wij u dat uiteraard meedelen.

Bron: Website PNL

home...