Utrecht is een grote stad; onderdeel van de Randstad; knooppunt van spoor- en snelwegen. De stad levert een belangrijke bijdrage aan de economische ontwikkeling van het belangrijkste stedelijk gebied van Nederland. Uitgangspunt van de nota is het bewaken van de balans tussen de groei en de leefbaarheid, tussen dynamiek en rust. Enerzijds moet er ruimte zijn voor economische ontwikkeling en anderzijds is een goed werk- en woonklimaat van belang. Akoestische kwaliteit is één van de dragers van de ruimtelijk-functionele kwaliteit als geheel. De stad groeit en de mobiliteit in en rond Utrecht neemt toe. Daardoor neemt de geluidhinder onvermijdelijk toe. Dat kan worden beperkt door bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in de stad rekening te houden met de gevolgen die dat heeft voor de geluidbelasting en door het toepassen van de Utrechtse beleidsregels voor geluid.
In de Geluidnota Utrecht is het geluidsbeleid van de gemeente Utrecht vastgelegd. Het beleid behelst het beheersen van geluidshinder bij toekomstige ontwikkelingen in Utrecht. Bestaande knelpunten zullen worden onderzocht en aangepakt in het kader van de EU-richtlijn Omgevingslawaai.
De Geluidnota heeft alleen betrekking op weg-, rail- en industrielawaai; voor geluidhinder van bijvoorbeeld brommers, luchtvaart en buren is in deze nota geen specifiek beleid opgesteld. De nota is een direct gevolg van de wijziging van de Wet geluidhinder (Wgh) en is tevens een voortvloeisel van de doelstellingen uit het Milieubeleidsplan 2003 - 2008. In de Wgh is de beheersing van de geluidshinder geregeld om ongewenste gezondheidseffecten door geluidshinder te beperken. De wetswijziging zorgt voor een decentralisatie van bevoegdheden van de Provincie naar de gemeente Utrecht.
In de Geluidnota zijn deze nieuwe gemeentelijke bevoegdheden uitgewerkt, wordt aangegeven hoe met een aantal beleidsvrijheden wordt omgegaan, worden bestaande werkwijzen helder en eenduidig vastgelegd en zijn gebleken hiaten in bestaand beleid ingevuld met nieuw gemeentelijk beleid. Bestaande wettelijke normen worden niet aangescherpt.
Vanwege de wens tot een continuering van bestaand beleid zal bij de decentralisatie van de provincie naar gemeente een belangrijk deel van het beleid worden overgenomen. Op onderdelen zal vanuit oogpunt van realisme een versoepeling, vereenvoudiging of accentverschuiving worden doorgevoerd. In extreme situaties is een extra handvat nodig om ongewenste excessen te voorkomen. De volgende beleidsregels worden (grotendeels) overgenomen van het vigerende (o.a. provinciaal) beleid:
- geluidsluwe gevel (behalve in centrumgebieden);
- eisen aan woningindeling;
- eisen aan buitenruimte.
De nota betekent een versoepeling en vereenvoudiging ten opzichte van de bestaande werkwijzen en regels in het geval van:
- mogelijkheden voor het vinden van een ontheffingscriterium bij hogere waarde procedure;
- geluidsluwe gevel en buitenruimte in de centrumgebieden en bij vervangende nieuwbouw;
- beoordeling van relatief geringe verkeersaantrekkende werking bij bedrijven;
- grenswaarden toekomstige woningbouw rond het emplacement;
- bepalen richtwaarden voor bedrijven bij vergunningverlening.
Bovendien wordt middels dit beleid voorkomen dat een door de nieuwe Wet geluidhinder opgelegde verzwaarde onderzoeksplicht leidt tot het doorrekenen van onrealistische situaties. Incidenteel voorkomende excessen worden middels een nieuwe regel voorkomen in het geval van geluidshinder door extreme verkeersaantrekkende werking bij bedrijven. De gemeente Utrecht anticipeert met deze nota op een mogelijk toekomstige gebiedsgerichte regelgeving voor geluid. Hierdoor is nu al een goede relatie met het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoerplan 2005 - 2020 en de Structuurvisie Utrecht 2015 - 2030 mogelijk
Bron: gemeente Utrecht, met dank aan Hans van Dijkhuizen
Download de nota in PDF
