Raad voor de Transportveiligheid, Het ruim tien jaar geleden geïntroduceerde fluisterasfalt, beter bekend als zoab, is niet altijd zo veilig.
De Nederlandse wegen waarvan het wegdek bestaat uit asfaltbeton dat na het aanbrengen niet met split of steenslag wordt afgestrooid, zijn in de eerste weken na het vrijgegeven voor het verkeer aanzienlijk minder stroef dan de weggebruikers gewend zijn. Dat niet-afstrooien gebeurt vooral bij de moderne asfaltsoorten zeer-open-asfalt-beton (ZOAB) en steen-mastiek-asfalt (SMA). Vooral bij blokkerend remmen is de stroefheid van die niet afgestrooide asfaltsoorten aanzienlijk geringer dan bij ‘ouderwets’ dicht asfaltbeton of bij ZOAB en SMA dat al langere tijd in gebruik is. Dat leidt tot onveilige situaties, zo constateert de Raad voor de Transportveiligheid, onder voorzitterschap van mr. Pieter van Vollenhoven, in een rapport naar aanleiding van een (verkort) onderzoek naar een ongeval dat in september 2001 plaatsvond in Dronten.
CROW, het kenniscentrum voor verkeer, vervoer en infrastructuur waarin o.a. wegbeheerders, wegenbouwaannemers en openbaarvervoersorganisaties samenwerken, zal volgens de RvTV dan ook aanvullend onderzoek moeten bevorderen, om ervoor te zorgen dat oplossingen worden gevonden voor de stroefheidsproblemen van nieuw niet-afgestrooid asfaltbeton. Vooralsnog zou CROW richtlijnen moeten opstellen voor het plaatsen van waarschuwingsborden bij nieuwe deklagen die bestaan uit de twee vormen van niet-afgestrooid asfaltbeton.
Het rapport leidt verder tot de conclusie dat de beheerders van provinciale en gemeentelijke wegen minder aandacht besteden aan nieuw, niet-afgestrooid asfaltbeton dan Rijkswaterstaat pleegt te doen. De gemeentelijke en provinciale wegbeheerders zouden op dezelfde manier te werk moeten gaan.
Aanleiding voor het rapport van de raad is een ongeluk dat in september 2001 plaatsvond in Dronten.
Bronnen: website ANWB, www.anwb.nl , en website Raad voor de Transportveiligheid, http://www.rvtv.nl