Arbeidsinspectie, 19 juli 2002
Tussen 1996 en 2000 voerden de gemeenten nog geen systematisch beleid om de arbeidsomstandigheden in hun organisatie te verbeteren. De Arbeidsinspectie constateerde in deze periode 4759 overtredingen van de Arbowet door gemeenten.
Dit staat in de eindrapportage van het ‘Inspectieproject gemeenten’. De Arbeidsinspectie heeft 550 gemeenten voor het onderzoek bezocht.
Uit het onderzoek blijkt dat de aandacht voor arbeidsomstandigheden bij gemeenten nog geen deel uitmaakt van het totale bedrijfsbeleid. Daardoor loopt de uitvoering van het arbobeleid veel vertragingen op. Binnen het gemeentelijk apparaat zijn taken en bevoegdheden op het terrein van de arbeidsomstandigheden summier omschreven. Er is te weinig zicht op de voortgang en de afhandeling van zaken die in zogeheten plannen van aanpak zijn opgenomen. Maatregelen worden vaak doorgeschoven in de tijd, zonder dat de verantwoordelijken daarop worden aangesproken.
De Arbeidsinspectie heeft verder geconstateerd dat regels voor bedrijfshulpverlening en gestructureerd werkoverleg vaak niet worden nageleefd. Voorts blijkt de verplichte risico-inventarisatie en -evaluatie in een aantal gevallen niet aanwezig, niet compleet of ontbreekt het bijbehorende plan van aanpak. Als er wel zo’n plan is, dan zijn de maatregelen die er in worden voorgesteld vaak niet concreet genoeg omschreven. Ook worden plannen van aanpak dikwijls niet getoetst door de arbodienst en niet goedgekeurd door de ondernemingsraad.
Concrete tekortkomingen komen in de gehele gemeentelijke organisatie voor, zo blijkt uit het onderzoek. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om de inrichting van balie- en kantoorwerkplekken. Ook zijn beeldschermwerkplekken vaak niet goed ingericht en schort het aan de veiligheid van gereedschappen en machines. Verder stelde de Arbeidsinspectie vast dat de regels voor de opslag van gevaarlijke stoffen, elektrische veiligheid en lawaaibescherming niet goed worden nageleefd.
Op 9 juli 2001 is het "arboconvenant gemeenten" getekend. Dit convenant bevat afspraken over de aanpak van onder meer werkdruk, RSI, agressie en geweld, beheersing van het ziekteverzuim en het ontwerpen van een model voor een risico-inventarisatie en -evaluatie.
Bij geluid zijn grenzen vastgesteld voor het geluidsniveau om de schadelijke effecten ervan te voorkomen. Geluid kan hinderlijk zijn en stressverhogend werken. Geluid kan ook schadelijk zijn en onherstelbare schade aan het gehoororgaan aanbrengen. De werkgever dient dan ook te trachten de geluidsbronnen zoveel als mogelijk te beperken. Daar waar dat niet mogelijk is moeten andere maatregelen getroffen worden ter voorkoming van gehoorschade of geluidshinder. In de RI&E dient de werkgever aan te geven waar schadelijke geluidsniveaus aanwezig zijn en welke maatregelen er genomen dienen te worden om de blootstelling aan die niveaus te voorkomen
In de metaal- en timmerwerkplaats is vaak sprake van een te hoog geluidsniveau. Gehoorbescherming is vaak niet aanwezig of wordt niet altijd gebruikt als dit noodzakelijk is. De werkruimten met daarin hoge geluidsemissies zijn niet altijd gecompartimenteerd of er ontbreken voorzieningen om geluidsemissies te reduceren. Ook werd in een aantal situaties geen geluidskaart aangetroffen. Op een geluidskaart staat aangegeven welke machines een mogelijk schadelijk geluidsniveau hebben en waar maatregelen nodig zijn of men verplicht is gehoorbescherming te dragen. Dit laatste, aanduiding voor het dragen van gehoorbescherming, werd dan niet aangetroffen. Schadelijke geluidsniveaus werden aangetroffen in bijvoorbeeld de werkplaatsen, garages en zwembaden, soms ook in de cabine van zware vrachtwagens, tractoren, en cabines van brandweervoertuigen.
Bij de genoemde afdelingen is het probleem bekend en men tracht door aanschaf van nieuwe apparatuur daar verbetering in aan te brengen. Voor zover dat direct niet mogelijk is worden medewerkers voorzien van gehoorbeschermingsmiddelen en worden ze periodiek audiometrisch getest. De 63 geconstateerde overtredingen houden verband met het niet aanwezig zijn van gegevens over de geluidsniveaus in de werkplaatsen waar met machines gewerkt wordt die veel lawaai produceren (houtbewerkingsmachines, pneumatisch gereedschap). Ook zijn er in dit verband opmerkingen gemaakt over het voorkomen van schadelijk geluid zoals omkasten, isoleren en vervangen door minder lawaaiproducerend gereedschap.
Bron: Vanaf de website van de arbeidsinspectie, www.arbeidsinspectie.nl, download hier het rapport in PDF formaat: Eindrapportage Inspectieproject gemeenten 1996-2000