Onderzoek slaapverstoring rond Schiphol

TNO, 28 november 2002

Vliegtuiggeluid maakt de slaap van tienduizenden omwonenden van Schiphol onrustiger. Dat valt af te leiden uit metingen door TNO van de slaap van mensen die rond Schiphol wonen. Het onderzoek, dat onderdeel is van de Gezondheidskundige Evaluatie Schiphol, bevestigt vermoedens uit eerder onderzoek.

bewegingen

Onderzoek TNO vond 418 mensen in 15 woonkernen op verschillende afstanden van Schiphol bereid om gedurende 11 nachten aan het onderzoek mee te doen. De onderzoekers bepaalden het geluidsniveau in de slaapkamer en de bewegingen tijdens de slaap. De deelnemers hielden bij hoe goed ze hadden geslapen, of ze een slaapmiddel hadden gebruikt, hoe slaperig ze zich overdag voelden en voerden voor het slapen gaan een reactietijdtest uit. Ook werd hen bij aanvang van het onderzoek onder meer gevraagd naar klachten over hun gezondheid, zoals hoofdpijn, maagklachten, moeheid, en naar hun mening over vliegtuiggeluiden en over Schiphol.

onrust vanaf 32 dB(A)

Het geluid van een overkomend vliegtuig blijkt de kans op motorische onrust (bewegen) tijdens een vliegtuigpassage te vergroten. Die reactie varieert van persoon tot persoon. De motorische onrust tijdens een vliegtuigpassage begint gemiddeld toe te nemen als in de slaapkamer het maximumgeluidniveau 32 dB(A) of meer is. Deze 32 dB(A) in de slaapkamer komt overeen met ongeveer 53 dB(A) buiten. Mensen die nabij het vliegveld wonen reageren over het algemeen minder sterk op een overkomend vliegtuig, maar slapen daarentegen gemiddeld over de nacht wel onrustiger. Ook blijken mensen ten tijde van de passage van een vliegtuig iets vaker (even) wakker te worden dan anders. De mening van mensen over vliegtuiggeluiden en over Schiphol heeft geen invloed op de motorische onrust tijdens de slaap.

slaapmiddelen

Deelnemers tot een jaar of vijfenveertig gebruiken weinig slaapmiddelen, ook in situaties met veel nachtelijk vliegtuiggeluid. Het gebruik van slaapmiddelen door ouderen neemt toe met toenemend nachtelijk vliegtuiggeluid: op ongeveer vijf procent van de nachten gebruiken ouderen (tachtigjarigen) een slaapmiddel bij afwezigheid van vliegtuiggeluid, terwijl dit percentage bij veel vliegtuiggeluid toeneemt tot ongeveer zeventien procent.

Naast verstoring van de slaap hebben de onderzoekers vastgesteld dat mensen aangeven zich met toenemend nachtelijk vliegtuiggeluid in de ochtend slaperiger te voelen, maar dat nachtelijk vliegtuiggeluid geen invloed heeft op de slaperigheid later op de dag of op de reactietijd.

inslapen

Uit de metingen in het onderzoek blijkt dat door vliegtuigpassages aan het begin van de nacht het inslapen langer duurt. Dat klopt met de mening van de mensen de volgende ochtend. Ook komt uit de onderzoeksresultaten naar voren dat als men slaapt, het tijdstip van blootstelling aan vliegtuiggeluid er niet zoveel toe doet. Wel slaapt ongeveer de helft van de mensen tot na 7 uur ’s ochtends, terwijl in de situatie van de deelnemers vanaf 6 uur in de ochtend het vliegverkeer ruim een factor vier frequenter is dan midden in de nacht. Daarom draagt het vliegverkeer tussen 6 en 7 voor een aanzienlijk deel bij aan verstoring van de slaap.

schattingen over effecten bij bevolking rond Schiphol 

TNO en RIVM hebben de gegevens uit het onderzoek vertaald naar de ruim twee miljoen volwassenen die in een gebied van 55 bij 55 km rond Schiphol wonen. Daarbij is een model ontwikkeld waarbij is uitgegaan van de uit andere bron verkregen leeftijden en de nachtelijke vliegtuiggeluidbelasting van deze personen. Hoewel zulke becijferingen met de nodige voorzichtigheid geïnterpreteerd moeten worden, zijn de aantallen met grotere betrouwbaarheid geschat dan voorheen mogelijk was. Naar schatting slaapt bijna zeven procent van de volwassenen relatief onrustig; voor de helft van hen (ongeveer 72 000 mensen) is dit toe te schrijven aan vliegtuiggeluid. Het aantal personen met meer dan vijf gezondheidsklachten is naar schatting 110 000 (5%) hoger dan bij afwezigheid van nachtelijk vliegtuiggeluid. Per nacht gebruiken naar schatting 3 900 mensen (0,2%) slaapmiddelen die dat zonder vliegtuiggeluid in hun slaapkamer niet zouden hebben gedaan. Slechts een klein deel van de mensen met een effect van nachtelijk vliegtuiggeluid woont in het door dat geluid zwaarst belaste gebied (binnen de zogenoemde 49 dB(A) buitencontour met 13 000 volwassen inwoners). Wel is daar de kans op effecten het grootst. 

reactie milieubeweging

De resultaten van het slaapverstoringsonderzoek van TNO benadrukken nogmaals het belang van een strenger nachtregime en strengere geluidsnormen voor Schiphol. Dat zeggen Milieudefensie, stichting Natuur en Milieu, Milieufederatie Noord-Holland en Platform leefmilieu regio Schiphol in een reactie op de gepubliceerde cijfers.

achtergronden van het onderzoek

Het onderzoek naar slaapverstoring werd gedaan in opdracht van de Ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en van Verkeer en Waterstaat. De studie maakt deel uit van het meerjarige onderzoeksprogramma Gezondheidskundige Evaluatie Schiphol (GES). GES vormt onderdeel van het bredere Evaluatie- en Monitoringsprogramma Schiphol en Omgeving (EMSO). Het onderzoeksprogramma wordt gecoördineerd (en deels uitgevoerd) door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), in samenwerking met TNO en andere onderzoeksinstituten en universiteiten. Het doel van GES is om beter inzicht te krijgen in de huidige gezondheidstoestand van mensen die in de omgeving van Schiphol wonen. Ook willen de opdrachtgevers te weten komen of er een relatie bestaat tussen milieubelasting door de luchtvaart en gezondheidsproblemen. Sinds 1996 zijn verkennende studies uitgevoerd naar het gebruik van slaapmiddelen en medicijnen voor de luchtwegen, het geboortegewicht en ziekenhuisopnames voor hart- en vaatziekten en luchtwegaandoeningen. Tevens is onderzoek uitgevoerd naar hinder, ervaren gezondheid, medicijngebruik, risicobeleving en woontevredenheid, naar luchtwegaandoeningen bij kinderen, en de luchtkwaliteit van woningen. Deze onderzoeken zijn inmiddels afgerond en gerapporteerd, zie website <http://www.rivm.nl/> van RIVM. Een onderzoek naar de leerprestaties en de bloeddruk van kinderen wordt in 2004 gerapporteerd. Op basis van de bevindingen uit het GES onderzoek is in 2002 een monitoringprogramma gestart, waarmee de gezondheidstoestand van omwonenden bij uitbreiding van de luchthaven gevolgd wordt.

Bron, website www.tno.nl, aangevuld met reactie milieubeweging vanaf www.snm.nl  

home...