Kamervragen over onderzoek Universiteit Gent aan HSL

Diverse bronnen, november 2012

De staatssecretaris van milieu Wilma J. Mansveld heeft antwoord gegeven op schriftelijke vragen van leden van de Tweede Kamer Paulus Janssen en Henk van Gerven (beiden SP).

De aanleiding is een onderzoek van een studente van de Universiteit Gent. De actiegroep Geen Gehoor HSL Regio Breda had de Universiteit Gent gevraagd de effectiviteit van de geluidsschermen te onderzoeken. In het kader van dit onderzoek zijn op een aantal locaties langs de HSL geluidsmetingen verricht. Het onderzoek is uitgevoerd door Ellen Van Biesen in de vorm van een afstudeerscriptie (thesis), met als titel “Karakterisatie van geluidsschermen langs de hogesnelheidslijn in Breda”. Zij studeerde hierop af aan de faculteit der Bio-ingenieurswetenschappen van de Universiteit Gent op 7 september 2012.

Dit onderzoek is niet beschikbaar op het internet.

Volgens de rapportage van de actiegroep zijn metingen uitgevoerd aan het gecumuleerde geluid van het HSL spoor en wegverkeer. Uit het onderzoek zou volgen dat

  • op één en wellicht twee locaties nu al niet voldaan wordt aan de geluideis uit het tracébesluit;

  • vanaf december 2012 (wanneer ook de Beneluxtrein gebruik gaat maken van het HSL-tracé) op twee locaties niet voldaan wordt aan de geluideis uit het tracébesluit;

  • op het moment dat de HSL-concessie volledig benut wordt, op twee tot vier locaties niet voldaan wordt aan de geluideis uit het tracébesluit;

  • in de situatie dat de volledige ruimte van het tracébesluit benut wordt, op vijf locaties niet voldaan wordt aan de geluideis

De staattsecretaris onderschrijft deze conclusies niet. Voor het rapport zijn geluidsmetingen uitgevoerd die niet voldoen aan de voorschriften die zijn opgenomen in het in Nederland geldende Reken- en Meetvoorschrift. Het gaat dan met name om±

  • de verwerking van de invloed van achtergrondgeluid,

  • de invloed van de windrichting en

  • het scheiden van de bronnen weg- en railverkeer.

De resultaten zijn volgens de staatssecretaris dan ook niet te gebruiken om enige uitspraak te doen over de geluidsituatie langs de HSL. Daarnaast gaat het rapport uit van foutieve veronderstellingen ten aanzien van de werking van de destijds (periode van het tracébesluit) geldende Nederlandse wet- en regelgeving op het gebied van geluid langs spoorwegen.

Universiteit neemt afstand

De staatssecretaris heeft haar conclusies besproken met de Universiteit Gent. De Universiteit Gent heeft laten weten afstand te nemen van de inhoud van het rapport van de studente en vindt dat er sprake is van oneigenlijk gebruik van de uitgevoerde metingen zowel door de Stichting Geen Gehoor als door de studente.

Kamerlid Paulus Janssen vindt op zijn blog de veeg uit de pan die de studente milieukunde van de universiteit Gent krijgt van de staatssecretaris van milieu niet zo sympathiek. Hij gaat daarom betrokkene in ieder geval in de gelegenheid stellen om een weerwoord te geven.

Toetsing aan de wet

De redactie van Geluidnieuws voegt hieraan toe dat metingen volgens het Nederlandse reken- en meetvoorschrift bijzonder complex zijn; bovendien is ook de Nederlandse geluidwetgeving alleen door specialisten te begrijpen. Slecht weinig partijen zijn in staat om de metingen te reproduceren en conclusies te trekken. Bovendien is pas sinds de invoering van SWUNG in dit jaar een wettelijke toetsing van de huidige geluidproductie mogelijke geworden. Voorheen was het geluid van een spoorlijn of weg feitelijk vogelvrij, nadat het tracebesluit was genomen. De eerste wettelijke toets geschiedt echter pas in 2014.

Metingen TNO

TNO onderzoekt op dit moment de geluidsituatie langs de HSL-Zuid door bij 8 woningen gedurende 3 meetdagen geluidmetingen te verrichten. Twee woningen liggen in het gebied rond Breda.

De geluidmetingen zijn nog niet helemaal afgerond. Parallel lopen de voorbereidingen om aanvullende geluidmaatregelen in de bak in Lansingerland aan te brengen. Na het aanbrengen van de pilotmaatregelen worden op de referentiepunten effectmetingen uitgevoerd. Nadat deze werkzaamheden zijn afgerond, kan geconcludeerd worden

  • of en waar eventuele overschrijdingen zijn (verwachte geluidbelastingen vergelijken met de voorkeurswaarde van 57 dB(A) of eerder verleende hogere waarden uit het tracébesluit),

  • hoe hoog deze overschrijdingen zijn,

  • welke effecten de aanvullende geluidmaatregelen hebben en

  • hoe hoog de kosten van aanvullende geluidmaatregelen zijn.

Op basis van die informatie zal de staatssecretaris bepalen of en zo ja waar welke aanvullende geluidmaatregelen getroffen moeten worden. Zij zal daarbij de doelmatigheid in ogenschouw moeten nemen.

Bronnen: Antwoord op Kamervragen, Blog Paulus Janssen, rapportage Actiegroep Geen Gehoor

home...