Provincie en gemeente bezorgd over handhaving Schiphol

Provincie Utrecht, 20 februari 2002

De provincie en de gemeentebesturen in Utrecht maken zich ernstige zorgen over de milieunormen voor Schiphol zoals de minister van Verkeer en Waterstaat die wil opnemen in het Luchthavenverkeersbesluit. Dat schrijven gedeputeerde staten mede namens de Utrechtse gemeenten aan minister Netelenbos in een reactie op het milieueffectrapport Schiphol 2003.

Eind oktober heeft de Tweede Kamer het kabinetsvoorstel aangenomen voor wijziging van de Luchtvaartwet. Kern van de wijziging is dat Schiphol als een gewoon bedrijf behandeld gaat worden op het moment dat de vijfde baan in gebruik wordt genomen. Dat zal naar verwachting op 1 januari 2003 het geval zijn. Dit betekent dat de overheid de milieu- en veiligheidsnormen vaststelt en controleert. Deze nieuwe normen zullen worden vastgelegd in twee uitvoeringsbesluiten: het Luchthavenindelingsbesluit en het Luchthavenverkeersbesluit.

De effecten van de nieuwe regels zijn onderzocht in het milieueffectrapport (MER) Schiphol 2003. Gedeputeerde staten merken op dat het MER en de ontwerp-uitvoeringsbesluiten met name ingaan op de hinder in de directe omgeving van de luchthaven. Het is terecht, zo schrijven ze, dat er veel aandacht is voor de directe woonomgeving van de luchthaven. Maar dat neemt niet weg dat er de laatste jaren in een veel ruimer gebied rond Schiphol klachten zijn over geluidhinder. Geluidsmetingen van de Milieudienst Noordwest-Utrecht laten zien dat het geluidsniveau in gebieden op grotere afstand van Schiphol sterk toeneemt wanneer daar gevlogen wordt.

Aanvliegroutes vastleggen 

Gedeputeerde Staten plaatsen met name kanttekeningen bij het Luchthavenverkeersbesluit. Daarin zijn de regels rond het gebruik van de baan en de vliegroutes voor startende vliegtuigen vastgelegd. Ze vragen de minister om in het besluit ook het gebruik van luchtverkeerswegen en minimale vlieghoogtes op te nemen voor vliegverkeer naar Schiphol, zoals de minister eind 1999 had beloofd in de nota Toekomst nationale luchthaven. Als dat op korte termijn niet mogelijk is, zoals de minister zegt, willen GS dat er een onderzoek komt naar de mogelijkheid om in de toekomst regels te stellen voor aanvliegroutes naar Schiphol. Dit zou dan bij de herziening van het besluit in 2005 kunnen worden meegenomen. 

Milieugedeputeerde Rombouts is zeer teleurgesteld dat de minister in het besluit geen minimale vlieghoogtes heeft voorgeschreven voor het naderend vliegverkeer. Hij zegt daarover: "De vliegtuigen die op Schiphol gaan landen mogen nu overal tussen 1 en 2 kilometer hoogte vliegen. We vragen de minister om in het besluit de minimale vlieghoogtes op te nemen die de Tweede Kamer in 2000 heeft vastgesteld in de motie Stellingwerf. Dat houdt in dat vliegtuigen op meer dan 20 kilometer van Schiphol niet lager dan 1 km mogen vliegen en vliegverkeer verder dan 40 kilometer niet onder een hoogte van 2 kilometer. Daarmee voorkom je in ieder geval vermijdbare hinder."

Zorg over verspreiding geluidhinder 

Begin augustus lieten de Utrechtse bestuurders de Tweede Kamer al weten dat ze zich grote zorgen maken over de gevolgen van de plannen van minister Netelenbos voor de wijziging van de wet. Ze vrezen dat de hinder van vliegverkeer juist in de verder weg gelegen gebieden verder toeneemt als de luchthaven in de toekomst gebruik mag gaan maken van het luchtruim boven Soesterberg. Als gevolg daarvan zullen de vliegtuigen van en naar Schiphol over een groter deel van Utrecht lager overvliegen dan nu het geval is. De provincie heeft de minister daarom herhaaldelijk opgeroepen in haar plannen rekening te houden met de zorg over de verdere verspreiding van geluidhinder naar verder weg gelegen gebieden.

Nu al monitoren 

Gedeputeerde staten hebben de Tweede Kamer vorig jaar gevraagd om op meer punten in een wijdere omgeving van de luchthaven de geluidssituatie te monitoren. Minister Netelenbos heeft toegezegd dat ze het aantal meetpunten wil uitbreiden, maar dat vinden de Utrechtse bestuurders nog niet voldoende. Rombouts: "We willen meer meetpunten op grotere afstand van Schiphol, vooral in stiltegebieden en in belangrijke natuur- en recreatiegebieden waar het nu nog stil is. Bovendien moet er ook overdag gemeten worden en niet alleen 's nachts. Want we moeten zo goed mogelijk zichtbaar maken wat de gevolgen van de groei van Schiphol zijn, op verschillende plaatsen en tijden, in een wijde omgeving van de luchthaven. Dat betekent ook dat we dit jaar al moeten beginnen met monitoren, zodat duidelijk is hoe de situatie is vóór de openstelling van de vijfde baan."

Bron: website Provincie Utrecht

home...